Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

Gratis inspiratie event

Maandag 18 november 2024

Van 17.30 tot 21.30 uur

CommunicatieCampus, Gent

Bent u reeds lid van B2Build Academy?

Schrijf u in via Academy

Header Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

INSPIRATIE EVENT:

  • Urban Forestry en de 3+30+300-regel
    Cecil Konijnendijk, onderzoeker en directeur, Nature Based Solutions Institute
  • Slim gebruik van natuur binnen landschapsarchitectuur
    Sarah Van de Velde, landschapsarchitect, Bureau Bas Smets
  • Over nut en nadeel van de meer-dan-menselijke gemeenschap voor urban planning
    Glenn Deliège, docent en onderzoeker, KASK + HOGENT

De bouwwereld staat niet stil, landschapsarchitecten, architecten, projectontwikkelaars en overheden kunnen niet achterblijven. Slimme urban planning wordt steeds meer de norm. Een slimme buitenomgeving is toegankelijk, natuurinclusief en brengt mensen samen. We duiken in de mogelijkheden van slimme urban planning in het voordeel van mens, dier en natuur. Samen met experten kijken we naar de slimme impact die natuurlijke elementen op een stedelijke omgeving kunnen hebben. Een slimme stadsinrichting begint met het slim gebruik van fauna en flora in een stad en gaat verder dan alleen het esthetische aspect. Zo dienen bomen bijvoorbeeld als natuurlijke zonnewering en luchtzuivering, water als duurzame verwarmingsbron en kan een grotere biodiversiteit de klimaatbestendigheid van een stad verhogen. Slimme steden voorzien ruimtes voor sociale ontmoetingen tussen bewoners met speel- en sportmogelijkheden die veilig, inclusief en toegankelijk zijn voor alle soorten gebruikers. Kortom, door slim om te gaan met wat onze omgeving te bieden heeft, dragen we bij aan het welzijn van de gehele samenleving. Drie experten ter zake brengen inzichten in de vele voordelen van het slimme urban planning op mens, dier en natuur, elk vanuit hun eigen expertise. Het ideale evenement voor landschapsarchitecten, architecten, projectontwikkelaars en overheden om mee te blijven draaien in een almaar veranderende bouwwereld.

Urban forestry en de 3+30+300-regel

Bomen spelen een belangrijke rol in de stad en in het leven van de mens, dat vertelt Cecil Konijnendijk, de bezieler van de internationaal bekende 3+30+300-regel. Niet alleen gemeentebesturen in Nederland, maar ook in België en de rest van de wereld wordt gekeken naar manieren om de 3+30+300-regel te implementeren in het beleid.

De 3+30+300-regel doet een aanbeveling over de aanwezigheid van bomen en groen in de leefomgeving van personen. Men zou vanuit de woning 3 grote, volwassen bomen kunnen zien, 30% van de wijk moet bedekt zijn met boomkronen en op 300 meter van elke woning zou men een groene omgeving zoals een park of natuurreservaat moeten kunnen vinden.

Konijnendijk onderbouwt zijn stelling aan de hand van wetenschappelijk onderzoek. Het zien van grote bomen heeft een positief effect op de mentale gezondheid van mensen, merkte de onderzoeker tijdens de coronaperiode. Steden warmen op, vanaf 30% kroonbedekking door bomen, kan de gevoelstemperatuur in een stad al één of twee graden dalen, iets wat in sommige gevallen levens kan redden. Volgens onderzoek van de WHO

Konijnendijk benadrukt het belang van het behalen van de drie cijfers. “De hoeveelheid groen overal ter wereld neemt af, duidelijke richtlijnen zijn daarom belangrijk. 3+30+300 is een goede start. In bepaalde historische centra is het moeilijker te bereiken, maar er zijn overal mogelijkheden”. Aan de hand van een aantal voorbeelden toont Konijnendijk aan dat er veel mogelijk is, maar beleidsinitiatieven zijn kwetsbaar, benadrukt hij ook. Daarnaast brengt Konijnendijk ook de boodschap dat samen gaan voor een groene omgeving, mensen samen kan brengen. “Groen geeft mensen een plek om elkaar te ontmoeten en brengt ons samen in een gepolariseerde samenleving.”

Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

We mogen de ambities niet laten zakken, daar hebben bomen niets aan. Bomen moeten plaats, tijd en ruimte krijgen om te groeien, ze moeten worden geïntegreerd in het beleid en plannen.

Cecil Konijnendijk, directeur en onderzoeker, NBSI

Slim gebruik van groen in landschapsarchitectuur: de praktijk

Sarah Van de Velde is landschapsarchitect bij Bureau Bas Smets, een internationaal gerenommeerd bureau dat werkt aan stadslandschappen. Landschapsarchitecten worden tijdens het ontwerp vaak geconfronteerd met tegengestelde eisen en landschapsclaims. “Wanneer we een landschap ontwerpen, kijken we naar meer dan alleen het landschap, maar ook naar de bovengrond, de ondergrond en de mogelijkheid naar een nieuwe, stedelijke natuur.

Van de Velde stelt drie verschillende projecten voor:

  • Het loodswezen in Antwerpen is een kaaivlakte, een voormalige parking. De ruimte wordt momenteel voornamelijk ingezet voor evenementen, maar zal in de toekomst een aangename, vergroende omgeving worden. Bij de heraanleg van de scheldebekken wordt deze klimaatrobuust gemaakt. De bestaande waterkering wordt verdubbeld en binnen de historische vlietstructuur worden ook mobiele en vaste waterkeringen opgetrokken.
  • Een tweede Antwerps project waar Bureau Bas Smets een stempel op drukt, is Nieuw Zuid, een nieuwe woonwijk op een voormalig spoorwegplatform. De historische basis van de site zorgt voor inspiratie voor het stratenplatroon van de wijk. “Hemelwaterbeheer is de drager van het masterplan: hemelwater wordt maximaal hergebruik, met lineaire wadi’s langs de gebouwen. Het is niet alleen een blauw, maar ook een groen element in de woonwijk.’ De groenblauwe structuren bieden een grotere biodiversiteit, verkoeling en een esthetische meerwaarde.
  • Het derde en laatste project is de ontharding en de vergroening van de centrumpleinen van Genk. “Genk is één van de beste leerlingen in de klas, op basis van vergroening en de 3+30+300-regel. Het is de groenste centrumstad van Vlaanderen, maar het centrum was nog erg verhard.” Genk had nood aan een nieuwe stedelijke natuur. Er waren veel ruimteclaims en verschillende stakeholders, maar ook grote klimaatambities. Tijdens de werken werd ook sterk ingezet op informatie van bewoners. De site werd volledig getransformeerd, met centrale groenzones en een speelbos, in totaal werd de helft van de site onthard.

Van de Velde sluit af met drie belangrijke taken voor ontwerpers: men moet op zoek gaan naar oplossingen voor gebruikerseisen en gebruikersuitdagingen, de toekomstige generatie als fictieve opdrachtgever zien en klimaatambities hooghouden.

Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

Klimaatambities en beleid vertalen naar een ontwerp is soms uitdagend. We proberen maximaal te vergroenen, maar houden ook rekening met de verschillende ruimteclaims en stakeholders.

Sarah Van de Velde – Landschapsarchitect, Bureau Bas Smets

De meer-dan-menselijke gemeenschap in de stad

“We zijn blind voor de dieren in de stad”, zegt Glenn Deliège, natuurfilosoof en lesgever bij KASK en HOGENT. Deliège vergelijkt dieren in de stad met een ‘ondergeschoven’ kind, een vergeten stakeholder. “Men associeert dieren in de stad met ratten en duiven, maar het is veel meer dan dat.” Dieren markeren de seizoenen. Deliège licht een term toe: apodoforia: het euforisch gevoel wanneer de eerste gierzwaluw terugkeert in de lente. Dieren bouwen mee aan de stad en ruimen zelfs afval op. De stad is een ‘meer-dan-menselijke’-gemeenschap. Ook in beleid zou er rekening gehouden moeten worden met dieren, zegt Deliège. Dieren zijn geen natuurliefhebbers, maar opportunistische gelukszoekers, net zoals de mens. Ze trekken naar plekken waar ze eten en leefomgevingen kunnen vinden. Natuurmagazines geven een vertekend beeld van dieren, we moeten op zoek naar nieuwe iconen, beelden van dieren in de stad. De aanwezigheid van dieren moet zichtbaar gemaakt worden in de stad, zodat mensen zich bewust worden van wat er om hen heen speelt. Daarnaast is er volgens Deliège nood aan een dierinclusief stadsbeleid en aandacht voor dieren bij het bestuur van de stad. “De stad is een gebied met zeer specifieke kenmerken, binnenstedelijke natuur kan dierlijke topnatuur zijn, hier mogen we niet blind voor zijn.”

Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

Dieren zijn de ziel van de stad. De identiteit van een stad wordt bepaald door dieren.

Glenn Deliège, natuurfilosoof en docent, KASK en HOGENT.

Fotogalerij

Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur
Slimme urban planning voor mens, dier en natuur

Programma

17 30

Ontvangst

18 30

Introductie

18 35

Case partner ACO

18 40

Cecil Konijnendijk l Urban forestry

Onderzoek toont aan dat bomen en ander groen belangrijke bijdragen leveren aan onze gezondheid en klimaataanpassing. Door steden te vergroenen kunnen we mensenlevens aangenamer maken. Daarnaast houden ze ons en onze kinderen in een verstedelijkte samenleving in contact met de natuur. Maar in beleid en planning van de bebouwde ruimte wordt deze rol onvoldoende meegewogen en staat het groen nog vaak achter aan de rij. Op onderzoek gebaseerde, eenvoudige richtlijnen zoals de 3+30+300-regel, geïntroduceerd door Cecil Konijnendijk in februari 2021, kunnen dit veranderen. Deze presentatie introduceert de regel en laat zien hoe 3+30+300 succesvol wordt ingezet in steden overal ter wereld, zowel in bestaande wijken als in nieuwbouwprojecten. Ook wordt ingegaan op de rol die de regel speelt in het communiceren van de waarden van bomen en groen en het verbeteren van samenwerking tussen overheid, bedrijven, bewoners, en andere belangengroepen.

19 30

Case partner Dipla

19 35

Sarah Van de Velde l Natuur en landschap

Hoe vertalen we projecten met ambitieuze beleidsvisies (zoals intelligent ruimtegebruik en regenwaterbeheer, ontharding, vergroening en biodiversiteit) naar uitvoerbare realisaties? Sarah Van de Velde schetst aan de hand van drie voorbeelden, gesitueerd in Antwerpen en Genk, de visie van Bureau Bas Smets en de essentiële rol van klimaatmodellering als ontwerp- en communicatiemiddel.

20 05

Case partner Proludic

20 10

Glenn Deliège l Over nut en nadeel van de meer-dan-menselijke gemeenschap voor urban planning

De term ‘natuurinclusiviteit’ zet ons op het verkeerde been. Ze suggereert dat het betrekken van ‘de natuur’ een (nuttig en aangenaam) extraatje vormt binnen ruimtelijke planningsontwerpprocessen. Uiteraard is dat niet zo: of we willen of niet, als mens delen we altijd een gemeenschap met ontelbare niet-menselijke wezens die samen met ons de omgeving maken waarin we wonen, werken en recreëren. Wat betekent het om daar in ontwerp- en planningsprocessen rekening mee te houden? Waar liggen de mogelijkheden en grenzen?

20 30

Netwerkevent

Verzorgde walking dinner met genoeg tijd om met vakgenoten, collega's en nieuwe contacten bij te praten.

B2Build Academy verenigt het volledige bouwteam. Want discipline-overschrijdend denken is de beste garantie voor toekomstgerichte oplossingen. B2Build Academy biedt kennis en inspiratie, trends en evoluties.

Onze bouwpartners

ACO
Axioma
Dipla
Ebben
Agaris
Stradus
Design Express
Proludic
Vivara pro

Word partner en zet proactief in op kennisdeling, samenwerking en dialoog tussen alle actoren binnen de bouwsector. Ontwikkel samen met niet-concurrentiële partners leadgenereratie op basis van gepersonaliseerde content rond referentieprojecten, hybride events en performante online marketing.

Onze kennispartners

Viaverda
Corridor
Natuurpro

Onze corporate partners

Claerhout Communicatiehuis

De Zevende Gevel maakt deel uit van het B2Build Mediaplatform. Onze corporate partners onderschrijven de doelstellingen van B2Build, waarbij we ons richten tot de verschillende actoren in de bouwsector. Steeds met het oog op duurzame en circulaire ontwikkelingen of toepassingen in functie van samenleving en eindgebruiker.

Sluit gratis aan bij B2Build Academy en geniet van deze voordelen

  • Toegang tot onze zes thematische bouwplatformen
  • Deelname aan inspiratie-events rond actuele kennis uit de bouwsector
  • Netwerking met het bouwteam
  • Rechtstreeks contact met 60 fabrikanten